Thomas Tuchel heeft zaterdagmiddag het tweede puntverlies met Chelsea geleden. De oefenmeester kwam na vijf overwinningen op rij niet verder dan een 1-1 gelijkspel tegen een zeer verdedigend Southampton. De eerste 'echte' tegengoal van The Blues zorgden voor een kleine kater in aanloop naar de Champions League-ontmoeting met Atlético Madrid komende week. 

De eerste tegentreffer onder Tuchel voor Chelsea was er wel eentje volledig tegen de verhoudingen in. Keeper Edouard Mendy was in de eerste zes wedstrijden weliswaar al een keer gepasseerd, maar dat gebeurde door zijn ploeggenoot Antonio Rüdiger. Dus toen Liverpool-huurling Takumi Minamino na een half uur uit een fraaie corner oog-in-oog met de Franse keeper heel rustig bleef en tegen de verhoudingen 0-1 maakte, was de eerste échte tegengoal een feit onder Tuchel.

Het was een van de weinige keren dat Southampton op de helft van The Blues kwam. Chelsea, met Hakim Ziyech opnieuw als bankzitter, had de overhand, zonder dat het overigens hele grote kansen creëerde. Tien minuten na de pauze werd de ploeg van Tuchel echter een handje geholpen door Danny Ings: de veelscorende spits maakte een overtreding op Mason Mount, die een pingel waard was en het buitenkansje schoot de voormalig Vitessenaar zelf in de rechterhoek.

Mount was namens Chelsea sowieso de gevaarlijkste man: eerst had hij een hand in de kans die Reece James huizenhoog over schoot en vervolgens mikte Mount zelf net over het doel van de thuisclub. Invaller Ziyech kon in het kwartiertje dat hij meedeed, zijn eerste speelminuten na vier PL-duels zonder minuten, ook het tweede puntverlies (na vijf zeges op rij) van Tuchel niet voorkomen. Voor Southampton voelt het punt na zes competitienederlagen op rij, waaronder de 9-0 tegen Manchester United, als een overwinning, ondanks dat Jannik Vestergaard met een kopbal nog de lat raakte in de slotfase.