Oekraïne, de ploeg die als slechtste nummer drie verder ging na de groepsfase van het EK 2020, heeft in de laatste achtste finale voor een daverende verrassing gezorgd. De ploeg van Andriy Shevchenko versloeg Zweden, eerste in de groep van onder andere Spanje, in de slotsecondes van de tweede verlenging door een doelpunt van invaller Artem Dovbyk (1-2). Voormalig PSV'er Oleksandr Zinchenko scoorde en gaf de assist bij de tweede goal. 

Op het spel stond een kwartfinale tegen Engeland, dat eerder op de avond Duitsland uit het toernooi had geknikkerd. Met die bijzondere haven in het zicht leken beide ploegen in de openingsfase van de wedstrijd toch vooral niet te willen verliezen, want het was voorzichtigheid troef in het eerste half uur op Hampdon Park. Oekraïne klopte wel eenmaal op de deur, maar Andriy Yarmolenko twijfelde oog-in-oog met Robin Olsen net te lang.

Toch was het de ploeg van Shevchenko die op voorsprong kwam. Dat gebeurde na een klein half uur spelen, toen Yarmolenko zijn klasse liet zien en vanaf de rechterkant van het strafschopgebied met buitenkant links de bal voorzette en perfect afleverde bij Zinchenko. De linksback van Manchester City ving de bal op, aarzelde niet en joeg de bal hard voorbij Olsen: 0-1. Een droomstart voor de ploeg die als derde was geëindigd in de groep van het Nederlands elftal en qua cijfers doorging als minste nummer drie. 

Dat gebeurde echter wel, want ondanks het feit dat de Scandinaviërs niet geweldig speelden kon de ploeg van Janne Andersson toch met een 1-1 stand richting kleedkamer. Dat had het te danken aan Forsberg, die vlak voor het verstrijken van de eerste helft het heft maar eens in eigen hand nam. Vanaf een meter of 20 vuurde hij op het doel van Bushchan, waarbij hij enige mazzel had dat een Oekraïens been de bal nog van richting veranderde. Forsberg maalde daar niet om en mocht alweer zijn derde treffer van het toernooi noteren.

Zo begonnen beide ploegen de tweede helft feitelijk weer met een schone lei, maar op een verlenging leek geen van beide ploegen het te willen laten aankomen. Het spel golfde van meet af aan op en neer en zowel Zweden als Oekraïne kon enkele wereldkansen noteren. Zo raakten de beide teams in korte tijd om beurten de paal, en wist even later het Zweedse goudhaantje Forsberg met een uitgemeten schot ook nog de lat te raken. Oekraïne was ondertussen vooral dreigend over de rechterflank, waar de Zweden maar geen vat kregen op de ijverige en creatieve Yarmolenko.

Bij het ingaan van het slotkwartier nam de durf aan beide kanten logischerwijs weer wat af. Geen van beide coaches wilde nog tegen de lamp lopen door onnodig veel risico te nemen, waardoor het aanvalsspel van beide ploegen met aanmerkelijk minder durf doorspekt was dan eerder in de tweede helft. Andersson probeerde nog wel wat door twee verse krachten in te brengen, maar zijn college Shevchenko koerste overduidelijk aan op een verlenging en al ruim voor tijd werd duidelijk dat die er ook ging komen.

De extra tijd werd direct ontsierd door een grove tackle van Marcus Danielson. De Zweed kwam met veel te hoog been onbesuisd in bij Artem Besyedin en werd daarvoor door arbiter Orsato bestraft met geel. De VAR riep de scheidsrechter echter naar de kant en die zag direct dat donkerrood een betere kleur kaart was. Danielson liet zijn ploeg dus met tien spelers achter, terwijl het voor Besyedin met een op het oog ernstige blessure een trieste aftocht werd.

Desalniettemin had Oekraïne in de resterende twintig minuten dus een extra man op het veld staan. Vooral in de tweede verlenging leek die overtalsituatie tot wasdom te komen, want de ploeg kreeg enkele voorzichtige mogelijkheden terwijl Zweden alleen nog kon tegenhouden en snakte naar strafschoppen. Die leken er ook te komen, ware het niet dat Dovbyk zijn land in extremis in extase bracht. Oekraïne gaat dus naar de kwartfinale in Rome, waar zaterdagavond Engeland wacht.

Man of the Match: Artem Dovbyk