Alfred Schreuder werd deze week gepresenteerd als opvolger van succescoach Philippe Clement bij Club Brugge. Enkele maanden na zijn abrupte vertrek met Ronald Koeman bij FC Barcelona, is de Nederlander vol vertrouwen en energie.

"Ik was aanvankelijk zeker verrast door het telefoontje van Club Brugge", zegt Schreuder op trainingskamp in Marbella tegen het Belgische Sporza. Met onder andere landgenoten Ruud Vormer, Noa Lang en Bas Dost in de selectie bereidt de oud-trainer van FC Twente zijn ploeg in Spanje voor op de cruciale tweede seizoenshelft. "Bij een kennismakingsgesprek konden we onze ideeën uitwisselen en dat ging meteen heel goed. Na één gesprek was Club overtuigd van mij als trainer."

Schreuder snapt dat mensen sceptisch zijn over zijn kwaliteiten als hoofdtrainer, omdat hij vooral als assistent-trainer heeft gefungeerd. Bij FC Twente en Hoffenheim stond hij wél op eigen benen, maar bij die clubs volgde al snel een (gedwongen) vertrek. "Ik begrijp dat mensen zo zouden kunnen denken", reageert Schreuder. "Maar ik ben ook drie jaar hoofdtrainer geweest. Ik weet van mezelf dat ik hoofdtrainer kan zijn, vandaar ook deze uitdaging. Club is natuurlijk een heel grote club, dat weten we ook in Nederland. Ze spelen voor de titel en hun manier van spelen sluit aan op mijn aanpak: dominant, zowel in balbezit als bij balverlies. We willen de beste club zijn met het beste voetbal."

Lees ook: Lof voor Brugge-aanwinst Schreuder: "Geen typische Hollander"

Club Brugge gaat als regerend landskampioen van België zijn titel in 2022 proberen te prolongeren. Dan zal wel alles uit de kast moeten worden gehaald. Momenteel bezet de topclub de tweede plaats in de competitie. De achterstand op de verrassende koploper - promovendus Union Sint-Gillis - bedraagt zeven punten. Na de reguliere competitie - 34 duels - zullen de punten echter worden gehalveerd.