Het is Italië gelukt om de kwartfinale te bereiken. De ploeg versloeg in een matig duel Ierland met 2-0. Gezien het resultaat van de andere wedstrijd, Kroatië-Spanje (0-1), was dat genoeg om door te mogen. De goals, allebei uit een corner, werden gemaakt door Cassano en Balotelli.

Ierland begon sterk aan de wedstrijd en de Italianen moesten even hun ritme vinden. Echt evenverend werd het niet, tot Cassano met een goede kopbal zijn team op voorsprong zette. Duff schopte de bal nog wel uit het doel, maar niet voor het leer over de lijn rolde. Omdat het bij het andere duel nog 0-0 stond, was Italië virtueel door naar de kwartfinale.

Prandelli haalde de teleurstellende Di Natale van het veld en bracht Balotelli in. Ook hij bracht weinig en Italië kwam steeds meer in de verdrukking. Andrews schoot een vrije trap hard op doel, maar Buffon lette goed op. Over een salonremise maakten de Italianen zich niet meer druk, over het eigen spel des te meer. Gelukkig voor de Italianen beschikt Ierland niet over geweldig materiaal, waardoor de voorsprong bleef staan. Balotelli zorgde met een geweldige actie ook nog voor de 2-0, maar omdat Spanje scoorde tegen Kroatië bleef het spanned. Bij een 1-1 stand zou 2-0 niet genoeg zijn. Spanje behield de voorsprong, waardoor de Italianen opgelucht adem konden halen.

De Ierse supporters gingen zoals gewoonlijk zingend ten onder. Door de nederlaag gaat Ierland puntloos naar huis en is Oranje niet meer de enige ploeg die drie keer verloor in de groepsfase.