Een week voor de klassieker tegen Ajax lijkt Feyenoord definitief te zijn afgehaakt in de strijd om het kampioenschap in de Eredivisie. Op bezoek bij FC Twente moesten de Rotterdammers winnen om koploper Ajax enigszins in het vizier te houden, maar dat mislukte. Feyenoord speelde een uur lang prima voetbal en kwam volledig verdiend met 0-2 voor, maar gaf de winst diep in blessuretijd weg: 2-2.

Door dat resultaat is Ajax de grote winnaar van de topper in de Grolsch Veste. De ploeg uit Amsterdam won eerder op de dag met 4-0 van AZ en staat nu zes punten los. De voorsprong op Feyenoord is opgelopen tot negen punten, een gat dat met nog negen duels te spelen bijna onoverbrugbaar lijkt. Zelfs al zou Ajax volgende week de klassieker tegen Feyenoord in de Kuip verliezen, behoudt de ploeg van coach Frank de Boer een geruststellende marge op de achtervolgers.

Met name het eerste moment, na amper drie minuten, had grote invloed kunnen hebben op de wedstrijd. Lex Immers ging in de 'zestien' naar de grond na contact met doelman Nick Marsman, die de bal leek te verspelen. Heel Feyenoord riep om een strafschop en dus een rode kaart voor de keeper, maar Gözübüyük besliste anders. Hij floot niet en deed een kleine twintig minuten later, toen Rasmus Bengtsson de bal in het eigen penaltygebied tegen zijn arm kreeg, hetzelfde.

Hij leek de wedstrijd hiermee te beslissen, maar ineens kantelde de wedstrijd. FC Twente nam het initiatief over en kwam halverwege de tweede helft via Luc Castaignos op 1-2, de spits passeerde Feyenoord-doelman Erwin Mulder in de korte hoek. FC Twente rook vervolgens bloed en omdat Feyenoord steeds verder achteruit ging lopen, begon de 2-2 steeds nadrukkelijker in de lucht te hangen. Nadat invaller Torgeir Borven al een enorme kans op de gelijkmaker liet liggen, sloeg Cuco Martina in de allerlaatste secondes van de wedstrijd toe. Zijn schot, van net buiten het strafschopgebied, rolde tot ontzetting van heel Feyenoord tegen de touwen.