PSV is de grote winnaar van het weekend. De twee belangrijkste rivalen van de Brabanders in de titelstrijd, AZ en Ajax, speelden zondag voor de tweede keer dit seizoen onderling gelijk. Na de 2-2 in Amsterdam werd het in Alkmaar 1-1. Hierover mocht AZ niet mopperen. Hoewel de ploeg een helft lang met een man meer speelden na een rode kaart voor Davids, kwam Ajax op voorsprong via Perez. Dat het nog 1-1 werd, was het gevolg van een fout van arbiter Wegereef. Hij liet doorspelen na een overtreding op Ajax-keeper Stekelenburg, waarna Martens scoorde.

Bij AZ stonden naast aanvallers Dembele, Arveladze en Koevermans ook vleugelaanvallers Boukhari en Jenner in het veld, terwijl ook Ten Cate vijf offensief denkende spelers opgesteld had. Naast spitsen Leonardo, Babel en Huntelaar waren dit middenvelders Sneijder en Perez. Met Ogararu, Stam en Heitinga stuurde Ten Cate bovendien slechts drie verdedigers de wei in. Op het middenveld was Davids links in de zone verantwoordelijk voor Julian Jenner, terwijl Gabri vlak voor de Amsterdamse defensie speelde om Moussa Dembele aan banden te leggen.

Door beide opstellingen ontstonden er overal in het veld boeiende één-tegen-één situaties. Onder meer Davids en Jenner, Dembele en Gabri, Steinsson en Babel, Arveladze en Stam en De Cler en Leonardo vochten menig robbertje uit. Dat was reuze interessant, maar in vrijwel al deze duels was de defensieve partij de betere. Alleen Babel slaagde er echt regelmatig in om zijn man uit te spelen, maar de voortzettingen van de international leverden niet het juiste resultaat op.

Tot dat moment was de wedstrijd aardig in balans geweest. Beide ploegen speelden bevlogen en gepassioneerd, maar slaagden er zelden in om een kans te creëren. In de eerste helft kwam AZ niet verder dan één kans voor Jenner, terwijl Ajax slechts twee keer gevaarlijk werd. Beide keren stond Klaas Jan Huntelaar aan het eind van een Amsterdamse aanval, maar de inzetten van de spits gingen respectievelijk buitenkant paal en naast.

Door de rode kaart van Davids veranderde de wedstrijd na rust volledig. Ten Cate was genoodzaakt om de opgefokte Wesley Sneijder, die al geel op zak had, naar de kant te halen. Voor hem kwam Zdenek Grygera, die de rol van Heitinga overnam als bewaker van Shota Arveladze. Heitinga schoof door naar de linkerkant, waar hij te maken kreeg met Julian Jenner. Met een man minder bouwde Ajax wat extra zekerheid in, waardoor de wedstrijd ineens een stuk minder attractief werd. AZ probeerde wel om de ban te breken, maar was aanvallend onmachtig. Ajax behield controle over de wedstrijd, loerend op die ene kans. Toen die kans eenmaal kwam, na 65 minuten, was het dan ook direct raak. Kenneth Perez kreeg de bal voor zijn voeten na onhandig uitverdedigen bij AZ en schoot raak.

Dat uitgerekend Perez scoorde, was opvallend. Vorig seizoen was de Deen immers ook al trefzeker in het duel in Alkmaar tussen beide Noord-Hollandse clubs. In dienst van AZ scoorde hij toen twee keer, waarmee hij een groot aandeel had in de uiteindelijke 4-2 zege van zijn ploeg. Deze zomer stapte hij over naar Ajax, maar in Amsterdam slaagde hij er voorlopig niet in om een vaste basisplaats te veroveren. Tegen zijn oude club mocht Perez van trainer Ten Cate weer eens starten en de Deen beschaamde dit vertrouwen niet.

In de slotfase stond het duel bol van de spanning en de emotie, maar gescoord werd er niet meer. Hierdoor was er slechts één winnaar in het DSB Stadion, namelijk PSV. De Eindhovenaren zijn de lachende derde, want zowel AZ als Ajax raakt verder achterop in de titelstrijd. Met zeven punten voorsprong op Ajax en acht op AZ, kan men in Eindhoven de rest van de competitie met vertrouwen tegemoet zien.