Eind goed, al goed. Zo kan je de wedstrijd van Oranje tegen Slovenië in het kort beschrijven. Nederland speelde aardig, maar omdat de ploeg er niet in slaagde om één van de vele kansen te benutten, bleef het lang 0-0. Uiteindelijk zorgde Giovanni van Bronckhorst met een van richting veranderd schot voor de beslissing. Deze beslissing had echter al veel eerder moeten vallen, vindt Joris Mathijsen.
"We hebben zeven of acht goede mogelijkheden gehad", zegt hij tegen FCUpdate.nl. "Minimaal één van die ballen moet er gewoon in. Daar draait het in het voetbal om, kansen moeten afgemaakt worden. Dat we dat niet gedaan hebben, kunnen we onszelf verwijten. We hadden het veel eerder af kunnen maken."
Zeker na de teleurstellend verlopen wedstrijd tegen Roemenië was Oranje er op gebrand om tegen de Slovenen goed voor de dag te komen. Dat lukte maar half, moest Mathijsen toegeven. "Na die wedstrijd van afgelopen zaterdag was er wat extra druk op de ploeg, deze wedstrijd was extra belangrijk geworden. We móesten winnen, anders hadden we de situatie niet meer in eigen hand. We wisten dat we het tegen Slovenië moesten laten zien. Qua veldspel hebben we dat aardig gedaan, maar het is gewoon jammer dat het doelpunt zo lang uitbleef."