Natuurlijk, het zou leuk zijn geweest voor de debuterende bondscoach Bert van Marwijk. Maar eigenlijk had een oefenzege op Rusland de EK-kater voor Nederland alleen maar groter gemaakt. Dat het woensdag in Moskou uiteindelijk 1-1 werd, was dan ook een uitslag waar iedereen prima mee kon leven.

Eigenlijk was het scenario te bizar voor woorden: de allereerste oefenwedstrijd van Oranje na het EK, was tegen de ploeg die op zaterdag 21 juni in Basel een einde maakte aan de Nederlandse hoop op een tweede Europese titel. Uitgerekend Rusland, de ploeg die Nederland in de kwartfinale van het EK na verlenging met 3-1 versloeg, was de eerste sparringpartner op weg naar het komende WK.

Van Marwijk

Uiteindelijk was het uitgerekend de nieuwe aanvoerder van Oranje, Giovanni van Bronckhorst, die de Russen langszij hielp. De Feyenoorder zette een onhandige tackle in, waarbij hij de bal miste en zijn tegenstander naar de grond hielp. Arbiter Fröjdfeldt legde de bal op de stip, waarna Konstantin Zyrianov vanaf elf meter voor de 1-1 zorgde. Maarten Stekelenburg, de nieuwe eerste keeper van Oranje, was volledig kansloos op de fraai ingeschoten penalty van de Rus.

Jan Vennegoor of Hesselink kreeg vervolgens in blessuretijd nog wel een enorme kans op het winnende doelpunt, maar het bleef 1-1. Dat was een resultaat waar Oranje en de Russen ongetwijfeld niet rouwig over zijn. Bert van Marwijk kan voldoende positieve punten meenemen naar de komende kwalificatieduels voor het WK, wanneer Oranje weer echt aan de bak moet. Want pas over twee jaar, in Zuid-Afrika, kan Oranje de kater van het afgelopen EK pas écht wegspoelen.