Met veel pijn en moeite heeft Brazilië de finale van de Confederations Cup gehaald. Zuid-Afrika deed 87 minuten lang niet onder voor de titelhouder en een stunt hing in de lucht, maar een vrije trap van Daniel Alves voorkwam dat. De verdediger van FC Barcelona schoot zijn team naar de finale, waarin zondag de VS de tegenstander is.

Dat Brazilië de halve finale van de Confederations Cup tegen Zuid-Afrika zou winnen, daar twijfelde de afgelopen dagen eigenlijk niemand aan. Want Brazilië is de vijfvoudig wereldkampioen, de titelverdediger en, zeker na de uitschakeling van Spanje, de gedoodverfde favoriet voor de titel tijdens dit 'mini-WK'.

Tegen Brazilië stond er echter een heel ander Bafana Bafana dan in de eerste duels van dit toernooi. Het enthousiasme droop van de ploeg af en Brazilië wist zich geen raad met de felle Zuid-Afrikanen. Het publiek in Johannesburg merkte dat en blies, om het gastland te ondersteunen, nóg een beetje harder op de vuvuzela's.

Dunga

Uiteindelijk zorgde dan ook niet een fraaie aanval, maar een standaardsituatie voor de beslissing. Een wat onhandige overtreding van Mokoena zorgde er voor dat Daniel Alves mocht aanleggen en de verdediger knalde de bal vanaf achttien meter keihard binnen. Die klap kwamen de dappere Zuid-Afrikanen, die met oud-Ajacied Steven Pienaar de beste man van het veld in de ploeg hadden, niet meer te boven.