Zwitserland heeft voor een enorme stunt gezorgd op het WK, door de grote favoriet Spanje te verslaan. Spanje had het meeste balbezit, maar kon niet voorkomen dat de Zwitsers er met de drie punten vandoor gingen. Gelson Fernandes was de grote held door de enige goal van de wedstrijd te scoren.

Spanje wordt gezien als de grote titelfavoriet. Natuurlijk is dat optimisme prettig voor een ploeg, maar aan de andere kant kan het alleen maar tegenvallen. In zekere zin viel er tegen de Zwitsers weinig te winnen. Een overwinning met mooi voetbal zou als normaal worden beschouwd, terwijl alles minder dan dat als slecht zou worden ervaren.

Het leek alsof de Spanjaarden moeite hadden om met deze druk om te gaan. Als iedereen verwacht dat je de beker wel even komt ophalen in Zuid-Afrika, moet een tegenstander als Zwitserland helemaal worden opgerold. Alleen is Zwitserland een stugge ploeg die zich niet zomaar laat gebruiken voor een demonstratiewedstrijd. Het duurde dan ook even tot de Europees kampioen zijn tanden kon laten zien. Na een half uur spelen scoorde Gerard Piqué bijna de eerste goal, na een mooie pass van Iniesta. Keeper Benaglio redde knap.

Tien minuten voor de rust kreeg Zwitserland een tegenvaller te verwerken. Philippe Senderos, een belangrijke speler in het team van Ottmar Hitzfeld, moest geblesseerd afhaken, na een knullige tackle op een teamgenoot. Spanje werd wel wat gevaarlijker, maar Zwitserland bleef in de eerste 45 minuten redelijk makkelijk op de been.

Na rust bleef het spelbeeld ongeveer hetzelfde. Spanje had het meeste balbezit en Zwitserland, met Blaise N'Kufo in de basis, loerde op de counter. Tien minuten in de tweede helft viel de eerste goal, maar niet achter Benaglio. Gelson Fernandes zette goed door na een lange bal en werkte de bal met enig geluk in de Spaanse goal. De Spaanse verdedigers keken elkaar vol ongeloof aan, maar het was echt zo: Zwitserland op voorsprong.

Het team van Vincente Del Bosque bleef de Zwitserse muur bestoken, maar speelde nu tegen een extra gemotiveerde tegenstander die ook nog in een stunt begon te geloven. De Spaanse coach zette zijn joker in. Fernando Torres werd met nog een half uur te spelen ingebracht. Ook vleugelspeler Jesús Navas mocht invallen, om wat meer diepte in het spel te krijgen. De wissels zorgden gelijk voor wat meer gevaar, maar met enig geluk hielden de Zwitsers stand. Door het steeds aanvallendere spel van Spanje kwam er ook wat meer ruimte voor de Zwitsers. Eren Derdiyok had na een knappe actie de beslissing op zijn schoen, maar raakte de paal. Spanje bleef het proberen, maar Zwitserland hield stand en zorgde voor een enorme verrassing.

Spanje, dat ook nog sterspeler Andrés Iniesta geblesseerd zag uitvallen, heeft laten zien dat het een team van buitengewone klasse heeft, maar dat laatste extra zetje om het te beslissen ontbreekt nog. Zwitserland heeft met de overwinning een enorme stap gezet richting de tweede ronde. Waarschijnlijk haalt Spanje die ook wel, maar duidelijk is wel dat het team nog lang niet is waar het moet zijn. Tot de volgende wedstrijd hebben Vincente Del Bosque en zijn mannen de tijd om deze blamage te verwerken.