Voor de tweede keer dit seizoen heeft Ajax voetballes gekregen van Real Madrid. Na in Spanje al van de mat te zijn gespeeld, was het in de ArenA niet veel beter. Zo veel kansen als in Madrid kreeg Real niet, maar de score was er niet minder om: 0-4. Hierdoor is Ajax uitgeschakeld in de Champions League en moet het op de slotdag hopen dat het een vervolg in de Europa League uit het vuur kan slepen.

Met hen er weer bij en vier Champions League-wedstrijden in de bagage zou het in de ArenA een stuk beter gaan tegen Real, zo luidde het in Amsterdam. Zeker omdat Real al verzekerd was van een plek in de volgende ronde en, met de kraker tegen FC Barcelona van komende maandag voor de boeg, daarom wellicht niet met krachten wilde smijten. Ajax rook zijn kans. “Kansloos zijn we zeker niet”, zei doelman Maarten Stekelenburg daarom een dag voor de wedstrijd zelfverzekerd.

Maar kansloos was Ajax wel. Zo’n kansenfestijn als in Madrid werd het niet, maar de dominantie van Real was niet minder. Vanaf minuut één deelde Real de lakens uit en telkens als de ploeg uit Spanje even aanzette, kraakte Ajax in al zijn voegen.

Met Demy de Zeeuw in plaats van Mounir el Hamdaoui zat er voor Ajax na rust maar één ding op: met het oog op het doelsaldo de schade beperken en hopen dat AJ Auxerre thuis zou verliezen van AC Milan. Alleen dan zou Ajax de derde plek in de poule, die recht geeft op een vervolg in de Europa League, vasthouden. Dat eerste lukte niet, want door twee doelpunten van Cristiano Ronaldo liep Real na de pauze uit naar 4-0. Geluk bij een ongeluk voor Ajax was echter dat Milan won bij Auxerre, 0-2.