Anouar Kali is geen moment bang geweest dat FC Utrecht hem zou ontslaan, nadat hij deze week op een training ploeggenoot Kristoffer Peterson een gebroken kaak sloeg. De middenvelder heeft van de club wel een geldboete opgelegd gekregen, maar begint dit weekend tegen PEC Zwolle hoogstwaarschijnlijk 'gewoon' in de basis.
"Ik ben absoluut niet bang geweest dat FC Utrecht me zou ontslaan", vertelt Kali in De Telegraaf. "Dit soort opstootjes zie je zo vaak in de voetballerij. Nu is er toevallig sprake van een gebroken kaak. Er zijn dingen afgesproken (een geldboete, red.), maar die houden we intern."
In gesprek met de krant blikt hij nogmaals terug op het incident op de training. "Het was een scherpe partij, vier-tegen-vier. En Kristoffer en ik kwamen in een hard duel om de bal dat een beetje uit de hand liep. Van beide kanten was er duw- en trekwerk, waarna ik een tik uitdeelde en hij zijn kaak brak. Ik heb Kristoffer direct na het onderzoek in het ziekenhuis gesproken en mijn oprechte excuses aangeboden."
Volgens Kali is de kous daarmee af. "We hebben het uitgepraat. Ik ben helemaal geen opvliegend type. Op het veld zoek ik het randje op, maar daarbuiten ben ik eigenlijk een rustig persoon. We hebben met iedereen erbij, inclusief Wilco (van Schaik, red.), in de kleedkamer gesproken. De trainer, Wilco, Kristoffer en ik hebben het woord genomen. Ik heb gezegd dat ik te ver ben gegaan, terwijl Kristoffer aangaf dat hij hoopte dat ik zondag zou spelen."