Los Angeles FC heeft in de nacht van zaterdag op zondag na een knotsgekke finale tegen Philadelphia Union beslag gelegd op de MLS-titel. In de eindstrijd was een hoofdrol weggelegd voor Gareth Bale, die met een doelpunt in de 128ste (!) minuut de boel op zijn kop zette.

In de finale van de Amerikaanse competitie stonden de clubs die dit seizoen het beste presteerden in de Western en Eastern Conference tegenover elkaar. Het werd een eindstrijd waar nog lang over zal worden nagesproken. De score werd in de 28ste minuut namens Los Angeles geopend door Kellyn Acosta, die met een vrije trap doelman Andre Blake verraste. Dániel Gazdag tekende een kwartier na rust voor de gelijkmaker nadat een mislukt schot van José Martínez hem een grote kans opleverde.

De finale leek zeven minuten voor tijd te worden beslist toen Jesús Murillo van Los Angeles de 2-1 op het scorebord zette. Niets was minder waar, want Philadelphia Union knokte zich via Jack Elliott direct terug tot 2-2. De knotsgekke slotfase van de reguliere speeltijd bleek slechts een voorbode voor wat er in de verlenging zou gebeuren. Daarin kreeg Los Angeles-doelman in de 116de minuut een rode kaart, waarna Philadelphia Union via Elliot in minuut 124 op 2-3 kwam.

Daarmee leek de wedstrijd echt beslist. Bale dacht daar echter anders over. In wat misschien wel de laatste aanval van de finale zou worden, kopte de Welshe aanvaller de 3-3 tegen de touwen. In de penaltyserie trok Los Angeles aan het langste eind, al miste Cristian Tello nog wel de eerste strafschop. Bij Philadelphia Union werd geen enkele penalty benut, waarna Ilie Sánchez namens Los Angeles de winnende binnenschoot.