Vitesse vreest: alleen rechter lijkt dakloos bestaan te kunnen voorkomen

Het is vijf voor twaalf bij Vitesse. De Arnhemmers zijn twintig dagen verwijderd van een dakloos bestaan. Volgens De Gelderlander ligt het lot van Vitesse in de handen van de rechter. De club probeert morgen via een kort geding af te dwingen dat het ook volgend seizoen in de GelreDome speelt.

De zorgen bij Vitesse zijn groot. Betaald voetbal staat namelijk op de tocht in Arnhem. Zoals de zaken er nu voor staan, voldoet de Arnhemse club niet aan de licentie-eisen van de KNVB voor het volgende seizoen. Dat heeft allemaal te maken met een slepende huurconflict. Vitesse zegde in 2018 de huur van de GelreDome op. Dat deed de Arnhemse club omdat het meende recht te hebben op een verlaging van de huursom. Sindsdien ligt Vitesse in de clinch met Michael van de Kuit en zijn vastgoedbedrijf Nedstede, de eigenaar van het stadion.

De tijd begint nu echt te dringen, want de KNVB moet voor 1 maart weten of Vitesse voor het seizoen 2023/24 beschikt over een stadion. Als er niet op tijd duidelijkheid is, dan zou de voetbalbond - als uiterste consequentie - de voetballicentie van Vitesse kunnen intrekken. Daarmee zou het voortbestaan van de club ook gevaar lopen. In aanloop naar de rechtszaak van vrijdag hebben de afgelopen meerdere gesprekken met de eigenaar van het stadion plaatsgevonden, maar die hebben niet tot een doorbraak geleid.

Bodemprocedure

Het enige wat Vitesse erover kwijt wil, is dat het 'te allen tijde bereid blijft om in gesprek te gaan over redelijke huurvoorwaarden'. De club wil huurkorting, maar Van de Kuit wil daar niets van weten. Hij hoeft niet meer te ontvangen dan de 2,15 miljoen euro die Vitesse jaarlijks betaalde, maar minder zeker niet. De zaak is ongeacht het oordeel in het kort geding nog niet ten einde. Niet alleen kunnen de partijen in hoger beroep, ook loopt er op de achtergrond een een andere rechtszaak.

Vitesse wil met deze bodemprocedure duidelijkheid krijgen over het eeuwige speelrecht in de GelreDome waarover de club zegt te beschikken. Een uitspraak in die zaak komt er voorlopig nog niet, daar een bodemprocedure een zaak van de lange adem is. De eerste zitting is pas gepland na het verstrijken van de deadline van de KNVB.