Trainer Erik ten Hag vindt dat hij en de club Ajax goed gehandeld hebben in de soap rondom Quincy Promes. De buitenspeler raakte betrokken bij een mishandelingszaak, waarvoor hij inmiddels beschuldigd wordt van poging tot moord. Desondanks maakte hij begin dit kalenderjaar nog wel deel uit van de wedstrijdselectie van de Amsterdammers, totdat hij verkocht werd aan Spartak Moskou.

Tegenover het NRC wordt de oefenmeester gevraagd naar de zaak Promes, waarin hij zichzelf weinig verwijt. "Quincy ken ik al langer, die is onder mijn ogen volwassen geworden. Zijn verantwoordelijkheden werden groter, hij kreeg een vrouw en kinderen. Natuurlijk praat ik met hem over allerlei aspecten van het leven, maar uiteindelijk maakt hij zijn eigen afwegingen en keuzes", legt de oefenmeester uit.

Hoewel Promes nog altijd niet veroordeeld is door de rechter, moest Ten Hag ook zijn ploeg beschermen. "Zijn vervolging doet het imago van het team geen goed, de schuldvraag even daargelaten", aldus Ten Hag. "Je hebt met mensen te maken, niet met robots. Mensen maken fouten en hebben onvolkomenheden. Je probeert dingen voor te zijn als coach, maar dat lukt niet altijd."

Dat Promes in februari van dit kalenderjaar alsnog werd verkocht, had dus wel degelijk met de naderende rechtszaak te maken. Destijds werd dat nog ontkend, al was Ajax volgens Ten Hag erg transparant. "Ik vind dat we beide kwesties goed hebben aangepakt." Wel deed het de coach persoonlijk pijn en had hij de buitenspeler een grotere bijdrage aan Ajax 1 gegund. "Maar ik moet toegeven dat het mij verdriet heeft gedaan."