Borussia Dortmund maakte afgelopen dinsdag in de Champions League indruk met een verdiende 2-0 zege op Arsenal. Zaterdag zag de ploeg van trainer Jürgen Klopp de andere kant van de medaille. De uitwedstrijd tegen FSV Mainz 05 ging met 2-0 verloren.

Dortmund kreeg wel kansen in de Coface Arena in Mainz, zo raakte Adrian Ramos voor rust de paal, maar wist deze niet te verzilveren. Dat deed de thuisclub in de tweede helft wel. Shinji Okazaki opende in de 66ste minuut de score. De Japanner tikte van dichtbij binnen na een voorzet van Jairo Samperio, die Sokratis Papastathopoulos in een duel op de achterlijn had afgetroefd.

De beste mogelijkheid voor een doelpunt kreeg Dortmund vier minuten na de 1-0. Invaller Ciro Immobile, tegen Arsenal nog trefzeker, mocht aanleggen voor een penalty na een handsbal van Okazaki. De Italiaan zag zijn inzet vanaf elf meter echter gekeerd worden door Mainz-keeper Loris Karius.

In de 74ste minuut konden de Mainz-fans nog harder juichen, toen het door een eigen treffer van Matthias Ginter 2-0 werd. De centrale verdediger van Dortmund gleed de bal in eigen doel bij een voorzet van Jairo Samperio en bepaalde daarmee ongewild de eindstand.

Dortmund blijft door de nederlaag op zes punten steken en ziet Mainz passeren. Die club heeft nu acht punten en deelt daarmee de koppositie met SC Paderborn, Bayern München en Hoffenheim.