Voor de 111e keer trekt Wesley Sneijder zondag het shirt van Oranje aan. Elf jaar is hij al international, een periode waarin de nationale ploeg volledig veranderde. Voor het eerst loopt de kwalificatiereeks naar een groot toernooi moeizaam, de positie van coach Guus Hiddink staat op het spel. In gesprek met onder meer FCUpdate.nl praat Sneijder over het duel met Letland, de problemen bij Oranje en het verschil tussen toen en nu. "Toen ik net bij Oranje kwam waren er drie verschrikkelijke momenten: ontbijt, lunch en het diner."
Als hij over een aantal jaar stopt met voetballen wil hij graag trainer worden, dat heeft Wesley Sneijder al meerdere keren laten weten. Het moet gek lopen wil hij als coach niet in de top belanden, want de oud-speler van Ajax, Real Madrid en Inter heeft een duidelijke visie over het spelletje en ontwikkelingen in de sport. "Tegenwoordig lopen topteams, alle spelers bij elkaar, 120 kilometer per wedstrijd. Als wij met Galatasaray een keer 110 kilometer lopen en de tegenstander 120, is het geen toeval dat we verliezen."
Voetbal is meer en meer een fysiek spelletje geworden. De dartelende spelmaker, zoals Sneijder ooit was, bestaat niet meer. Meters maken is het belangrijkste, de meest fitte ploeg komt bovendrijven. "Je moet mee", zegt hij over zijn eigen transformatie van technische nummer tien tot kilometervreter. "Je moet tegenwoordig completer zijn. De kwaliteit van het voetbal neemt toe, in de breedte. Tegenstanders zijn sterker geworden."
Geen onomkeerbaar proces
Dat geen enkele tegenstander meer eenvoudig is, heeft Oranje onlangs ondervonden. Het verloor kansloos van IJsland en niemand durft nu te roepen dat Letland, dat zondag naar de ArenA komt, opgerold gaat worden. Ook Sneijder niet. "Letland zal hierheen komen, met het gevoel dat ze misschien een goed resultaat kunnen behalen. Des te meer reden voor ons om vanaf de eerste minuut duidelijk te maken dat er niets te halen valt."
Tegen Letland moet die lijn doorgetrokken worden. "Die wedstrijd moeten we winnen. Hoe, met 1-0 of 2-0, maakt me even niet uit. Daarna hebben we tot maart, voor de volgende wedstrijd." Met het scenario dat het mis gaat tegen de Letten en Oranje het EK zou missen, houdt Sneijder geen rekening. "We moeten ons kwalificeren. Tsjechië en IJsland spelen dit weekend tegen elkaar, één van die landen gaat punten morsen. En als wij dan twee of drie keer op rij winnen, ziet de wereld er alweer heel anders uit. Ik heb niet het idee dat we in een onomkeerbaar proces zitten. Alles moet op zijn plek vallen, dat duurt alleen even iets te lang."
"Toen was ik stil, hoor"
Als Oranje 'gewoon' het EK van 2016 haalt, lijkt de kans groot dat Sneijder een bedreiging gaat vormen voor recordinternational Edwin van der Sar, die 130 keer voor Oranje speelde. De nummer twee op die lijst, Frank de Boer (112 interlands), heeft hij bijna te pakken. "Maar voor een keeper is het wat makkelijker, die kunnen langer mee", knipoogt Sneijder richting het record van Van der Sar. "Of ik dat record ga halen? Ach. Als er geen gekke dingen gebeuren, ga ik tot het EK richting de 120 of 125. Of ik daarna doorga, is een vraag voor later."
Ook zijn entree bij de nationale ploeg staat de middenvelder nog helder voor de geest. "Ik kwam binnen samen met Arjen Robben. Samen met Rafael van der Vaart waren we toen de enige jonkies, dat voelde ook echt zo. Ik kwam binnen en zag mannen als Jaap Stam, Clarence Seedorf, Ronald de Boer en Phillip Cocu zitten." Het ontzag voor die spelers was groot bij de piepjonge Sneijder. "Er waren altijd drie verschrikkelijke momenten per dag: het ontbijt, de lunch en het diner. Dan moest ik naast ze zitten. Toen was ik stil hoor, ik zei niets. Op de trainingen genoot ik, dan had ik het gevoel dat ik me op kon trekken aan het niveau. Maar buiten het veld was het wel even anders dan nu."
Nu komen jongere spelers met minder ontzag richting Huis ter Duin, het hotel waar Oranje verblijft. De halve selectie bestaat namelijk uit generatiegenoten, jongens waar ze in jeugdteams of bij hun club mee hebben samengespeeld. "Je komt nu als jonge speler heel anders binnen bij Oranje dan ik destijds. Wij zijn er nog, Robben, Van Persie en ik. Maar we kunnen niet met z'n drieën tegen de andere twintig op", lacht hij.
Te heftig
Sneijder, Robben en Van Persie zouden Oranje graag nog één keer bij de hand nemen, richting het EK. Mét bondscoach Guus Hiddink, want Sneijder stoort zich een beetje aan alle ophef over zijn positie. "Hij heeft gezegd dat hij stopt als we verliezen van Letland, ja. Maar daar doen we wel iets te heftig over, hoor. Ik weet nu al wat er maandag in de krant staat als we gewonnen hebben, dan wordt geschreven dat het 'maar Letland' was en dat hij na een volgende nederlaag alsnog weg zou moeten. Maar na de wedstrijd tegen Letland moet het klaar zijn."
Door: Roland Mather