Erik ten Hag baalde dinsdagavond uiteraard van de Champions League-uitschakeling van Ajax tegen Benfica. Dat te meer omdat hij vond dat de Amsterdammers de wedstrijd absoluut domineerden. Ook kon hij zich niet vinden in een belangrijke beslissing van de arbitrage.

"Het is bitter, want over 75 procent van de speeltijd ben je veruit de bovenliggende partij", begon Ten Hag na de wedstrijd tegenover RTL. "We hebben kansen bij elkaar gespeeld en goed voetbal laten zien. Aan de bal, maar ook defensief. We hebben de tegenstander niks toegelaten. Dan is het natuurlijk bitter dat je de wedstrijd niet wint."

Het was uiteindelijk een vrije trap van Benfica waaruit gescoord werd, al maakte Edson Álvarez in de ogen van Ten Hag helemaal geen overtreding. "Ik vind het zwaar, want er gebeurt niks. Dit is een goede ploeg en we weten waar ze gevaarlijk in zijn. Dat hebben wij totaal geneutraliseerd, op één moment na. Dat is onnodig, want die vrije trap daar had helemaal niet gegeven mogen worden."

Vervolgens waren het Jurriën Timber en vooral ook André Onana die zich lieten aftroeven. Ten Hag sprak van een 'miscommunicatie' tussen de twee. "Kleine fouten hebben grote consequenties. Dat zie je vanavond, maar zag je ook in Lissabon." Tegelijkertijd lukte het voorin niet om iets uit te richten. "De laatste pass of laatste aanname moet dan net goed zijn. Individuele kwaliteit moet dan de doorslag geven, maar dat was er vandaag niet."