Real Madrid heeft de eerste prijs van het nieuwe seizoen te pakken. De Spaanse topclub legde in het Finse Helsinki beslag op de UEFA Super Cup, het traditionele onderonsje tussen de winnaars van de Champions League en Europa League. Real Madrid rekende vrij eenvoudig af met het Duitse Eintracht Frankfurt: het werd 2-0.
Het betekende alweer de vierde hoofdprijs van dit kalenderjaar voor Real Madrid, dat zich eerder dit jaar kroonde tot kampioen van Spanje en de Spaanse Supercopa veroverde. In januari was Real te sterk voor bekerwinnaar Athletic Bilbao. Real Madrid veroverde eind mei bovendien voor de veertiende keer in de clubgeschiedenis de Champions League, door Liverpool te verslaan in de eindstrijd.
Tegen Eintracht Frankfurt had Real het uiteindelijk een stuk eenvoudiger dan destijds tegen Liverpool. De Madrilenen kwamen in Helsinki voor rust op voorsprong, nadat David Alaba de bal eenvoudig in het leeg Eintracht-doel kon tikken. Na de pauze opende topschutter Karim Benzema zijn doelpuntenrekening voor het nieuwe seizoen. Zijn schot leek houdbaar, maar Kevin Trapp verkeek zich.
GOAL! Benzema, who else? đ
— Ziggo Sport Voetbal (@ZS_Voetbal) August 10, 2022
Real Madrid komt op een 2-0 voorsprong en kan de Super Cup ruiken! đ#ZiggoSport #SuperCup #RMASGE pic.twitter.com/A7TCTNlcQ8
Real Madrid veroverde zodoende voor de vijfde keer in de clubhistorie de Europese Super Cup. Eerder lukte dat in 2002, 2014, 2016 en 2017. Dankzij de vijfde zege kwam Real op gelijke hoogte met recordhouders FC Barcelona en AC Milan. Het moet de opmaat zijn voor opnieuw een jaar vol eremetaal.