Ajax heeft in de eerste helft van het boekjaar 2022-2023 een nettowinst van liefst 76 miljoen euro geboekt. Dat blijkt uit de halfjaarcijfers die de club dinsdag presenteerde. Vooral een aantal enorme transfers die afgelopen zomer plaatsvonden zorgden ervoor dat de Amsterdamse club zwarte cijfers kan schrijven over de afgelopen zes maanden. 

Afgelopen zomer maakte Ajax een aantal fraaie klappers op de transfermarkt. In het kielzog van Erik ten Hag vertrokken Antony en Lisandro Martínez naar Manchester United, dat meer dan 150 miljoen euro voor het tweetal overhad. Ook clubtopscorer Sébastien Haller leverde een fraai bedrag op; zijn overgang naar Borussia Dortmund leverde Ajax 31 miljoen euro op. 

Ook merkt Ajax dat de coronamaatregelen niet langer van kracht zijn. Daardoor stijgen de inkomsten uit recettes. Ook leverde het WK in Qatar de club een aanzienlijk bedrag op dat de FIFA betaalt aan clubs die spelers afstaan voor het toernooi. Omdat het prijzengeld in de Champions League wél flink tegenviel bleef de 'voetbalomzet' uiteindelijk nagenoeg gelijk aan die van vorig jaar, meldt de club.

Aan de andere kant meldt Ajax dat de kosten die het in het in de periode 1 juli 2022 tot en met 31 december 2022 maakte met één procent gestegen zijn ten opzichte van het vorige meetmoment. Concreet is dat bedrag gestegen van 97 miljoen naar 97,9 miljoen euro. Dat wijt de club onder meer aan 'een stijging in de salariskosten' en 'wedstrijdgerelateerde kosten'. De afkoopsom die de club aan Alfred Schreuder dient te voldoen na diens ontslag is nog niet meegenomen in de cijfers. De trainer werd eind januari ontslagen, dus ná de periode waarover de dinsdag gepresenteerde cijfers gaan.