De Eredivisie ligt Donny van de Beek beter dan de Jupiler League, zo zegt de middenvelder van Ajax althans zelf. Van de Beek was zondag in de eredivisieopener van zijn Amsterdamse werkgever tegen Sparta Rotterdam (3-1 winst) invaller en had een dag later een basisplaats in de wedstrijd van Jong Ajax tegen FC Emmen (1-1).

Van de Beek speelde tegen Emmen samen met Frenkie de Jong en Abdelhak Nouri, twee technische spelers, op het middenveld. Tegen Sparta had hij de fysiek sterkere Davy Klaassen en Nemanja Gudelj naast zich. "Technisch hebben we een heel goed middenveld. Dat is bij het eerste natuurlijk ook zo, maar daar wordt een wedstrijd meer op details beslist", zegt Van de Beek op de clubwebsite. "Tegen Emmen stonden we iets te vaak uit positie, met z'n drieën bij elkaar. Toen was de veldbezetting niet goed, dat is jammer."

"Ik vind de Jupiler League ook zwaarder dan de Eredivisie, omdat er andere dingen worden gevraagd. Het gaat meer om fysiek en het winnen van de duels, wat dat betreft vind ik de Eredivisie makkelijker dan de Jupiler League", vervolgt Van de Beek. Hij weet nog niet precies wat dit seizoen zijn rol wordt. "Ik moet me gewoon laten zien op de training en in de wedstrijden, de kansen pakken als die zich voordoen."

"Tegen PAOK stond ik in de basis, dan moet ik het laten zien. Dit weekend was de ideale situatie, al heb ik in het eerste tegen Sparta natuurlijk maar een kwartiertje gespeeld. Dan is het wel lekker als je een hele wedstrijd met Jong Ajax kan pakken. Wedstrijdritme is wel belangrijk", weet Van de Beek. "Maar als Ajax 1 na Jong Ajax speelt en ik bij de selectie van het eerste zit, kan ik niet met Jong mee. Maar dat is niet anders."