Titelhouder FC Barcelona is dinsdag met een remise bij VfB Stuttgart begonnen aan de knock-outfase van de Champions League. Na een matige eerste helft keken de Catalanen terecht tegen een 1-0 achterstand aan. Vlak na de rust bepaalde Zlatan Ibrahimovic de eindscore op 1-1. De return is over drie weken in Spanje.

Na de 1-0 kreeg Stuttgart meteen goede kansen om de wedstrijd op slot te gooien, maar in de afwerking sloeg de Stuttgartse motor telkens af. Zo kon Cacau een vrije doortocht naar Victor Valdes niet bekronen met een treffer; hij mikte het leer recht op de Catalaanse doelverdediger. Even daarvoor was Sami Khedira al dicht bij de 2-0. Gerard Piquè greep echter op tijd in. Ondanks de goede kansen van Stuttgart, kreeg Barcelona de beste mogelijkheid. Lionel Messi besloot vlak voor de helftwissel van twintig meter uit te halen. Het schot van de Argentijn werd gered door Jens Lehmann, maar de Duitse goalie deed dat dusdanig slecht dat de bal tegen de paal hobbelde.

De 1-1 bleef vervolgens de rest van de krachtmeting op het scorebord staan. Beide formaties kregen wel kansen op een tweede treffer, maar fortuin leverden deze niet op. De beste mogelijkheid werd Barcelona onthouden. Bij een corner tastte Lehmann helemaal mis, waardoor Zlatan kon inschieten. Cristian Molinaro haalde de inzet van de aanvaller van de doellijn, maar gebruikte daarbij zijn arm. Arbiter Björn Kuipers zag er evenals zijn Nederlandse assistenten echter geen strafschop in.