In de Duitse Bundesliga werd op zaterdagavond de topper tussen Borussia Dortmund en Hamburger SV gespeeld. Op voorhand wist Dortmund dat het met een overwinning Bayern München zou passeren op de ranglijst. De ploeg van Arjen Robben wist zaterdag al met 2-0 te winnen van Hannover ’96, maar had in tegenstelling tot de ploeg van Jürgen Klopp al averij opgelopen in de competitie. Dortmund wist het duel met HSV met ruime cijfers te winnen: 6-2.

Dortmund-aanwinst Pierre-Emerick Aubameyang zette de geelzwarten op een 1-0 voorsprong na een kleine twintig minuten spelen. Dit was een periode van grote druk van Dortmund, wat ook tot de 2-0 zou leiden, aangezien Henrik Mkhitaryan vlak na de openingstreffer de marge wist te verdubbelen voor Dortmund. Hamburger SV kwam vlak daarop met een antwoord, toen Zhi-Gin Lam voor de aansluitingstreffer van de ploeg uit Hamburg zorgde.

Bij HSV speelde Rafael van der Vaart mee, die tijdig hersteld was van zijn blessure. De Nederlander haalde een gele kaart, maar zag zijn ploeg na vijftig minuten langszij komen door een doelpunt van Heike Westermann.

Lang zou de vreugde in het kamp van de ploeg uit Hamburg niet duren. Pierre-Emerick Aubameyang maakte zijn tweede van de avond: 3 - 2. Dit was het startsein voor een Dortmund-show. Robert Lewandowski wist in de laatste twintig minuten tweemaal het net te vinden en tussen beide doelpunten van de Pool, scoorde Marco Reus ook een treffer. Zodoende maakte de ploeg van Klopp veel indruk.

Met de overwinning wordt Dortmund weer lijstaanvoerder in de Bundesliga, met vijftien punten uit vijf duels.