Ruben van Bommel raakte zaterdagavond geblesseerd tegen Athletic Club en dat was een flinke smet op de oefenwedstrijd. De zomeraankoop maakte tot zijn aftocht, in de 53ste minuut, een uitstekende indruk in het Philips Stadion, zag ook trainer Peter Bosz.
Analist Boudewijn Zenden noemde Van Bommel al de beste speler van de eerste helft en verslaggever Maddy Janssen van PSV TV vindt hem ‘een speler voor wie je naar het stadion komt’. “Ja, dat is in het algemeen zo met vleugelspitsen”, zegt Bosz daarover. “Dat zijn jongens die snelheid hebben, een individuele actie hebben en vaak onberekenbaar zijn. Dat is vaak leuk om naar te kijken.”
“Voor trainers af en toe niet, heel eerlijk”, voegt hij toe. “Soms doen ze namelijk ook hele onlogische dingen. Ik heb het niet over Ruben, maar in het algemeen als je het over vleugelspitsen hebt. Dat heb ik vorig jaar af en toe bij Noa (Lang, red.) gezien. Dat houd je altijd wel. Maar dat is inderdaad wel waar de mensen voor naar het stadion komen, omdat ze ook iets zomaar uit het niets kunnen doen.”
Wel miste Bosz tegen Athletic automatismen bij de ploeg. “Maar dat is logisch.” Hij vindt bijvoorbeeld dat de kwaliteiten van de spelers nog niet altijd benut worden. “Als je met Ruben van Bommel samenvoetbalt, dan weet je dat het een jongen is die bloedsnel is. Dus ook in de diepte kan hij gevaarlijk zijn. Als je dan Lasso (Alassane Plea.) ziet, wat echt een hele goede voetballer is, die is minder snel. Die moet je dus in de voet aanspelen, niet in de diepte. Dat soort zaken, elkaar goed leren kennen, dat heeft natuurlijk even tijd nodig.”
Plea maakte de 1-1 tegen Athletic en liet een uitstekende indruk achter. Gaat de zomeraankoop van drie miljoen euro de strijd aan met Ricardo Pepi om de spitspositie? “Nou, dat mag ik hopen. Daarvoor halen we hem natuurlijk”, aldus Bosz. “Iedere speler zal de strijd aan moeten gaan. Dat geldt voor Pepi, dat geldt ook voor hem. Het is een hele goede voetballer, absoluut.”
Bosz kon overigens nog weinig kwijt over de ernst van de blessure van Van Bommel. Bij een sprint schoot de pijn in zijn rug. “Ik heb het heel even bij hem nagevraagd. Hij vertelde me dat het er ineens in schoot”, zei de kampioentrainer op de persconferentie na afloop. “Er was niemand in de buurt en hij wilde met zijn lichaam wegdraaien. Toen schoot het in zijn rug.”