Jan Vertonghen treft in de achtste finale van de Champions League voor de tweede keer in drie jaar tijd zijn oude liefde Ajax. De vorige keer was in mei 2019, toen de Belgische verdediger zich met Tottenham Hotspur ten koste van de Amsterdammers plaatste voor de finale van het belangrijkste Europese clubtoernooi. Aan de krankzinnige ontknoping bewaart Vertonghen niet alleen goede herinneringen.

"Iedereen zal denken dat het bereiken van de finale van 2019 met Tottenham Hotspur ten koste van Ajax het fijnste moment in mijn leven was. Maar geloof me, dat was het écht niet", vertelt Vertonghen, tegenwoordig in dienst van Benfica, in een interview met De Telegraaf. "Die wedstrijden met Spurs tegen Ajax hebben heel veel indruk gemaakt. En niet, omdat ik in Londen een harde klap op mijn hoofd kreeg en we in Amsterdam op miraculeuze wijze alsnog de finale haalden. Ik vond het gewoon heel moeilijk, omdat mijn familieleden, vrienden uit België en Nederland én de vrienden van mijn vrouw allemaal Ajax-fan zijn en een seizoenkaart hebben. Het verschil tussen hoe ik het grootste moment uit mijn loopbaan – het bereiken van de Champions League-finale – beleefde en hoe de rest de pijnlijke uitschakeling van Ajax onderging, was eigenlijk niet te doen."

Hoewel Vertonghen blij was met het bereiken van de finale van de Champions League, voelde hij 'gek genoeg' ook pijn. "Ik wist hoe Ajax naar de stunt snakte om met een club uit een klein voetballand de finale te halen. Ik was daardoor ongelukkig en blij tegelijk, want ik besefte ook dat die kans voor mij niet elk jaar voorbijkomt. De emoties vochten om voorrang. Nu tref ik Ajax in de achtste finale. Ik kijk uit naar deze wedstrijd, heb zin om de jongens weer te zien en tegen ze te spelen. En ik zal alles geven. Maar ik heb een dubbel gevoel. Al is het beter dat ik nu bij de laatste zestien tegen Ajax speel, want hoe verder we komen des te heftiger de emoties worden. Afgaande op mijn laatste ervaring is dit fijner."

Komende woensdag staat Vertonghen met Benfica tegenover Ajax, dat in de groepsfase veel indruk heeft gemaakt. "Ik weet – en dan heb ik het vooral over de eerste wedstrijd, de 5-1 – hoe knap het is om Sporting Portugal zo ruim te verslaan, want dat is écht een heel sterke ploeg. En ik heb de Belgische jongens van Borussia Dortmund gesproken, die in de ArenA-wedstrijd niet wisten wat ze meemaakten. Het is bizar wat Ajax heeft laten zien en als ik naar de ontwikkeling kijk die de club sinds mijn vertrek heeft doorgemaakt, is dat een verschil van dag en nacht."